-
1 spiral
adj. spiraalvormig, schroefvormig--------n. spiraal--------v. zich spiraalsgewijs bewegen; snel stijgen of dalenspiral1[ spajjərəl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————spiral2♦voorbeelden:————————spiral3〈werkwoord; Brits-Engels spiralled〉♦voorbeelden:1 prices are spiralling • prijzen stijgen/dalen spiraalsgewijs -
2 screw
n. schroef; aanschroeven; druk; vrek; knol; salaris; gevangenis--------v. aanschroeven, vastschroeven; de duimschroeven aanzetten; neuken, naaien (slang)screw1[ skroe:] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 schroef♦voorbeelden:→ loose loose/————————screw21 neuken♦voorbeelden:screw down • vastschroevenscrew on • vastschroeven→ screw out of screw out of/, screw up screw up/
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский